Gerard van de Schootbrugge & Espunt
2012, 21 juli.
Feest in Gent en Bartali die de wereld redde.
Opdonderdag 19 juli 2002 stonden Gemma en ik op het Baafsplein voor de Sint Baafskathedraal in Gent. Terwijl ik met een scheef oog in de gaten hield wat er op een groot podium gebeurde, een omvangrijk jeugdorkest was aan het oefenen voor hun optreden in het begin van de avond, bekeek ik tegelijkertijd de reportage van de laatste grote Pyreneeënetappe op een groot beeldscherm naast het podium. Onze eerste kennismaking met de Gentse Feesten.
Die was vooral nat, erg nat. Naarmate het einde van de etappe dichterbij kwam, groeide de groep toeschouwers. Ze lieten zich niet wegjagen door de buien die met grote regelmaat omlaag kwamen. Toen duidelijk was dat Valverde de etappe en Wiggins, ijs en weder dienende, de Tour had gewonnen, doken we een aan het plein gelegen Standaard-boekhandel in om in vertrouwde omgeving weer een beetje op temperatuur te komen.
Bij een korte inspectie werd duidelijk dat deze boekhandel op zijn jeugdafdeling geen Zwergen op het schap had liggen. Even slikken, maar mijn teleurstelling was kort daarna geheel verdwenen toen mijn oog op een boek viel dat als titel droeg: Gino Bartali: De Leeuw van Toscane. Een snelle scan maakte duidelijk dat ik dit werk van Aili & Andres McConnon onverwijld moest aanschaffen. In het boek wordt beschreven hoe de Oude Leeuw Italië op miraculeuze wijze behoedde voor grote politieke en maatschappelijke chaos.
Gino Bartali (links) naast Fausto Coppi
Ik moet eerlijk toegeven dat ik heel lang een grote bewonderaar ben geweest van Fausto Coppi, een legendarische wielrenner die in mijn ogen heldendaden had verricht op de fiets. Ik wist van het bestaan van zijn grote tegenstrever Bartali af. En ik wist dat Italië in de jaren rond WOII verdeeld was in twee kampen: de aanhangers van Bartali en die van Coppi. Beiden droegen ze de titel campionissimo. Bartali was de oudere van de twee. Coppi was in zekere zin zijn uitdager. Bartali won in 1938 de Tour de France en had er waarschijnlijk meer gewonnen als de oorloger er niet tussen was gekomen. Na de oorlog heeft hij nog één keer een heldendaad verricht. Toen ik dat verhaal voor het eerst hoorde werd Gino Bartali voor mij nummer 1. En dat verhaal staat prachtig beschreven in eerdergenoemd boek.
We hebben het over de eerste echte Tour de France na de oorlog. Het is 1948. Coppi heeft afgezegd. Bartali niet. Het wordt 14 juli 1948, de Franse nationale feestdag maar in dat jaar ook de Italiaanse nationale rampdag. Op die dag wordt er namelijk een moordaanslag gepleegd op de leider van de Communistische Partij in Italië, Palmiro Togliatti. Hij overleeft uiteindelijk ternauwernood, maar de paniek in Italië is enorm. Er dreigt chaos. Er dreigt een communistische staatsgreep. Stalin bemoeit zich ermee. En als Italië valt, dan kan het ook in de rest van West-Europa wel eens gaan spoken. Een terrorist dreigt de Patrck’s Cathedral in New York op te blazen.
Dan krijgt president De Gasperi een lumineus idee. Het boek laat in het midden of hij het zelf heeft bedacht. De president belt zijn beroemde landgenoot Gino Bartali die op die 14de juli van een rustdag geniet. Het gaat niet goed met Gino. Met nog een week te gaan en de Alpen nog op komst ligt hij 21 minuten achter op de leider in het klassement, coming man en nieuwe Franse held Louison Bobet. De president doet een zeer dringend beroep op Gino: hij moet de Tour winnen. Dat zal zoveel aandacht afleiden van de problemen van het land dat er misschien geen grote ongelukken gebeuren.
Gino Bartali wint de Tour de France 1948. Italië gered.
De Oude Leeuw, eigenlijk door iedereen al afgeschreven ligt ver achter maar belooft alles te doen wat in zijn vermogen ligt. Gesteund door een diep geloof, Bartali is een zeer overtuigd katholiek, stapt hij op 15 juli op de fiets voor de grote Alpenetappe van Cannes naar Briançon. Hij wint en rijdt Bobet op 18 minuten. De dag daarop maakt hij het karwei af.
Tien jaar na zijn eerste zege wint Gino Bartali, met bijnamen als de Zwijgzame, de Vrome, de Mystieke of de Monnik, voor de tweede keer de Tour de France. Maar veel belangrijker nog: Italië heeft ineens wel wat anders aan zijn hoofd dan politieke ellende. Italië heeft wat te vieren.
De Tour kent vele mooie en heroïsche verhalen. Zelf vind ik dit toch wel de mooiste.
Espunt, 21 juli 2012