Zonder Martin gaat het niet lukken

Het Hogeland in de buurt van Kloosterburen.


Zonder Martin gaat het niet lukken, 4 december 2024.


 

Wij waren onlangs in Groningen. Ik wil niet beweren dat we de provincie, eindelijk, hebben ontdekt, maar toch. Sinds zwager T. zich er heeft gevestigd hebben we een haakje. Onlangs werd hij zeventig. Dat hebben we op bescheiden wijze gevierd in het gehucht Kruisweg dat deel uitmaakt van het aardige dorpje Kloosterburen, niet ver van Pieterburen. Voor mij een gelukje omdat ik volgens mijn zorgzame naasten toch echt weer naar de kapper moest. Ik bezweek onder de toenemende druk maar kon er nog net een deal uitslepen. Goed dan, maar dan wel bij Martin, de wonderkapper van Kloosterburen. Alle klassieke kappers in en rond mijn woonplaats hebben de schaar aann de wilgen gehangen. De nieuwe inzichten van hun opvolgers bleken zo’n vernietigende uitwerking te hebben op de rekening dat ik begon te dromen over de zegeningen van het scalperen. Martin werd mijn redding.

 

Martin

Het feestje van zwager T. kreeg nogal te lijden van het plotseling ingevallen winterweer. Wij durfden ons hotel niet meer uit en misten zo het feestdiner. Maar niet Martin! Die was de volgende dag paraat. De hernieuwde ontmoeting (na een jaar) was allerhartelijkst en knippenderwijs kreeg ik meer inzicht in de centrale rol van Martin in het sociale netwerk van Kloosterburen. Na een gesprek van drie kwartier op hoog niveau bleek ik hem €19,50 schuldig te zijn, inclusief knippen. Ik hoop maar dat mijn ruime fooi het monetaire evenwicht in Kloosterburen niet al te zeer heeft verstoord, dat ik qua tarief Martin niet op verkeerde gedachten heb gebracht. De fooi ging in natura in een vrolijk biggetje, roze en met een gleuf in de rug. Volgens Martin was het spaarvarkentje bedoeld om op enig moment op ijs te kunnen trakteren. Toen ik netjes aangeharkt naar buiten stapte, was het wel duidelijk dat dit nog even kon duren. 

 

Autonoom

Naarmate je dichter bij de rafelranden van een staat komt, worden de inwoners autonomer. Gezag en toezicht zijn er meestal wat verdund en de andere kant van grens doet zich steeds meer voelen. Men voelt zich vaak wat vrijer maar heeft ook geleerd niet al te veel te verwachten van de ondersteuning door een verre overheid. Het geldt voor grote landen, maar zelfs in een klein landje als het onze is dit verschil merkbaar. Voor veel inwoners van ons land voelt Noord-Nederland ver weg en dat is wederzijds. Kloosterburen maakt tegenwoordig deel uit van de gemeente Het Hogeland. Eigenlijk Het Hoogeland, maar dat staat zo middeleeuws, daar heeft een commissie dus een -o- uitgewipt. De nieuwe gemeente verenigt ca. twintig eerdere gemeentes en beslaat nu het noordelijke deel van de provincie, he kleideel. De klei wordt bestuurd vanuit Winsum. Een enorme gemeente. In zo’n onoverzienbare en misschien ook wel onoverzichtelijke bestuurlijke structuur kom je natuurlijk alleen verder als er genoeg Martins in de buurt zijn. Gedoogde autonomie. Autonomie betekent zelfbestuur. De ultieme vorm van zelfbestuur is die van het individu. Dan hebben we het over de zogenoemde “autonomen” ook wel "souvereinen". Die erkennen geen staat en de daarvan afgeleide gezagsstructuren, zoals een overheid, laat staan leger en politie. Je zou het een variant van het anarchisme kunnen noemen. Het sluit naadloos aan bij de voortgaande individualisering van de samenleving.

 

Ik ben van huis uit meer op Friesland dan op Groningen georiënteerd. Mijn moeder was een Friezin, op 9 februari 1918 geboren in Gorredijk. Terzijde maar toch leuk om te weten: toen mijn moeder ter wereld kwam, had mijn vader er in Hilversum net een maand zelfstandig ademen op zitten. Mijn moeder draaide er later niet omheen, eenmaal tot de jaren des onderscheids gekomen kreeg ze het gevoel dat de wereld groter en ook spannender moest zijn dan het Appelscha waar ze op negenjarige leeftijd naartoe was verhuisd. Een dorpje. Te klein en te arm om daar tot grote daden te komen. Nee, dan Amsterdam waar ze vage beelden bij had. Haar levenspad richting Amsterdam strandde voortijdig in Hilversum. En zo kon het gebeuren dat we in de jaren vijftig vanuit Hilversum eens per jaar twee weken gingen logeren bij pake en beppe in Appelscha. Wij vonden het daar, ondanks de beperkte luxe, een stuk leuker dan in Hilversum. Er gebeurde van alles. Het was er heerlijk anders. Friesland! Droomland! En Appelscha was wel degelijk ook spannend. Anarchistisch bijna.

 

Friesland Boppe

Ik heb heel lang niet kunnen en willen begrijpen waarom mijn moeder er alles voor over had om dat sappelgat aan de Opsterlandse Compagnonsvaart te ontvluchten. Wij adoreerden Friesland. Het was genoeg om ons jeugdige brein te vullen. Plek in ons hoofd voor Drenthe was er nauwelijks en Groningen bestond gewoon niet. Ja later, op school, leerde ik rijtjes zoals Hoendiep, Rijtdiep, Damsterdiep, Boterdiep, Stadskanaal (misschien in een andere volgorde). Maar dat zo’n Stadskanaal dan ook nog eindigt in een plaats die Stadskanaal heet, dat wees toch wel op een gebrek aan fantasie. Zuinigheid bijna. Het maakte de provincie er voor mij in ieder geval niet uitnodigender op. Maar Appelscha, met zijn bossen, zijn veen, zijn kleine vermaak, zijn vrolijke zomers, al die gezonde meisjes, dat was echt van een andere orde.

 

Toch gaat er niets boven Groningen

Maar soms gebeurt er iets dat je wereldbeeld omkiepert. Zoals de uitvinding van de telescoop, nota bene door de Middelburgse brillenmaker en lenzenslijper Johannes Lipperhey, waarmee Galileo tot de overtuiging kwam dat wij om de zon draaien in plaats van andersom. In mijn minder dramatische geval was het de recente verhuizing van zwager T. naar Kruisweg in de directe nabijheid van Kloosterburen. Kloosterburen, Pieterburen. Beide namen duiden op oude, christelijke invloeden. En ze zijn zeker veel minder communistisch getint dan elders in de provincie. Er wordt in Kloosterburen zelfs met volle overgave aan carnaval gedaan! Martin was ooit Prins! Wij logeerden in Aduard. Ook vandaaruit zijn monniken het wad opgegaan om stukken land op de zee te veroveren. Sterker nog, zo’n 800 jaar geleden stond in Aduard het grootste klooster van Nederland, en een van de grootste van Europa (Cisterciënsers). Voor de eerlijkheid moet ik hier wel bij aantekenen dat ook Appelscha niet helemaal vrij is van een revolutionaire geschiedenis. Sterker nog, het was, en is, al een eeuw zo’n beetje het magisch centrum van ons eigen anarchistische volksdeel. Nogal een tegenstelling met de principes van het klooster, waar de belofte van gehoorzaamheid bijna als hoogste deugd gold. De geschiedenis laat zien dat de kloosterordes het nodige hebben bereikt. Het anarchisme is veel jonger, ontstaan in het midden van 19de eeuw. Voorlopig heb ik mijn twijfels over de daadkracht van deze stroming.

 

T. woont in het laatste stukje Groningen dat onze waterstaatmannen droog weten te houden. Vanuit zijn achtertuin zie je de Waddendijk liggen. Hond uitlaten, even naar dijk, geen grote moeite. Al met al niet te vergelijken met Appelscha en omgeving maar op een andere manier ook magisch en imposant. Spectaculaire vergezichten, beeldschone en vaak ook dreigende luchten, eenzame maar ook machtige boerderijen in onafzienbare velden, rust. En altijd wind. Een habitat die zijn sporen wel moet nalaten op de schaarse bewoners. Overlevers.

 

Appelscha


Nienke van Hichtum, echtgenote van Pieter Jelles Troelstra en schrijfster van talloze (kinder)boeken waaronder Afkes Tiental. Zij overleed in 1939 in Hilversum.





Sociale achterstelling zorgden, en zorgen, zowel in Friesland als in Groningen voor weerstand zo niet opstandigheid waar bevlogen leiders uit voortkwamen dan wel op af kwamen. In Groningen gedijde het communisme, in Friesland, of in ieder geval in Appelscha, kreeg het anarchisme voet aan de grond. En gek genoeg is er ook nog een link met Hilversum. Mijn moeder was namelijk niet de enige in dit verhaal die vanuit Friesland in mijn geboortedorp neerstreek. Wat te denken van twee aan Friesland gerelateerde, befaamde socialistische voormannen, Pieter Jelles Troelstra en Ferdinand Domela Nieuwenhuis. Troelstra was gehuwd met schrijfster Nienke van Hichtum, pseudoniem van Sjoukje Bokma de Boer. Het beroerde huwelijk zorgde ervoor dat Nienke een aantal jaren psychiatrische behandeling moest ondergaan. Pieter Jelles had het te druk in Den Haag en Nienke kwam, na de scheiding, in 1926 (via Laren) in Hilversum terecht waar ze in 1939 overleed. Iets daarvoor was ook mijn moeder in Hilversum opgedoken. Zij ging bij haar tante Sjoukje de Boer – Boonstra in de huishouding werken. In een grote villa aan de Ministerlaan. Weg uit Friesland! Twee keer Hilversum, twee keer Sjoukje de Boer. Altijd goed voor een mooi verhaal.


Ferdinand Domela Nieuwenhuis, kwam als dominee naar Friesland, bekeerde zich tot het atheïsme en eindigde als anarchist. Hij kwam ook naar Appelscha om de veenarbeiders moed in te spreken. Hij overleed in 1919 in Hilversum.








Ferdinand Domela Nieuwenhuis was een overtuigde socialist en later anarchist. Geboren in Amsterdam, kwam hij op een zeker moment als dominee in Friesland terecht. Later, intussen bekeerd tot het atheïsme, maakte hij onder meer naam door zijn betrokkenheid bij het lot van de Friese veenarbeiders. Dat bracht hem in roerige tijden, zo rond 1890, ook enkele malen in Appelscha. Zijn optreden in Appelscha plantte waarschijnlijk het zaadje voor de latere bijeenkomsten van anarchisten in Appelscha, die daar nog steeds jaarlijks plaatsvinden.


Domela verhuisde in 1903 naar Hilversum waar hij in 1919 overleed. In een riante villa (Burgemeester Schooklaan 20, omgeving ’s Gravelandseweg) in een zeer welvarend stukje (na de spoorverbinding) van het ooit zo armoedige schapendorp. Voor vriend en vijand moeilijk te rijmen met zijn verbondenheid met de vertrapten der aarde in het algemeen en met die van Appelscha in het bijzonder. Maar hij had onder de vertrapten veel krediet opgebouwd (en verzameld?). Hij was niet zo maar uitgegroeid tot Hollands staatsvijand nr. 1. En persona non grata in Duitsland en België. ‘De apostel der arbeiders’ werd hij wel genoemd, en in Friesland ‘ús ferlosser’. Bijna een eeuw later, eind oktober 2014, besloten burgemeester en wethouders van mijn geboortedorp het pleintje voor Domela’s voormalige woning het Domela Nieuwenhuisplein te noemen. In de beslisnota voor het college staat:

De percelen aan de Burgemeester Schooklaan 18, 20 en 22 hebben hun ontsluiting aan het plein. (…) Alleen als alle drie de adressen verzoeken om geadresseerd te worden aan het Domela Nieuwenhuisplein zal de gemeente hier aan meewerken.

Er gebeurde niets. Aan het Domela Nieuwenhuisplein woont officieel niemand…


Villa Annie aan de Burg. Schooklaan in Hilversum waar Domela Nieuwenhuis zijn laatste jaren sleet.











Anarchisme


Sinds 1934 houden Nederlandse anarchisten rond Pinksteren hun jaarlijkse bijeenkomst op de Pinksterlanddagen, die plaatsvinden op de 'Camping tot Vrijheidsbezinning' in Appelscha. Geïnspireerd door het anarchisme en de kraakbeweging die opkwamen in de jaren ’70 en ’80 van de 20ste eeuw zijn in ons land meerdere initiatieven ontplooid zoals weggeefwinkels en zogeheten vrijplaatsen zoals de Binnenpret in Amsterdam, Eurodusnie in Leiden, De Samenscholing in Den Haag, de ACU in Utrecht en De Grote Broek in Nijmegen.


Opstand in Appelscha

In het hoogveengebied dat het eindpunt werd van de Opsterlandse Compagnonsvaart- het grote complex bij Appelscha en Fochteloo- kwam het tot verzet tegen de dwingelandij van de bazen. Op 22 maart 1888 brak in Appelscha een grote staking uit. De crisis in de venen had een dieptepunt bereikt; in meerdere veenstreken in het noorden van het land werd dat voorjaar gestaakt. Steenkool en petroleum waren in opkomst, daardoor liep de vraag naar turf terug en was de werkloosheid groot. De inkomsten van de veenbazen daalden en ook daardoor waren ze tot weinig concessies bereid. De eisen van de arbeiders waren hoger loon en afschaffing van de gedwongen winkelnering. Op 26 maart kwamen zestig militairen naar Appelscha. Zij werden gehuisvest in de kerk en de pastorie van de Doopsgezinde Gemeente. De kerk bood dus onderdak aan de mannen die de onderdrukking van de arbeiders moesten bestendigen. Geen wonder dat later, toen Domela opriep om de kerk te verlaten, daar massaal gevolg aan werd gegeven. Toch kwam de staking tot een redelijk goed einde. Naast de bereidheid om wat toe te geven, werd er in 1889 wel een detachement marechaussee in Oosterwolde gehuisvest. Er was duidelijk vrees voor revolutie. Domela, die in die roerige jaren verschillende keren in Appelscha sprak, en zich een volgeling van Karl Marx noemde, aarzelde niet om het woord revolutie in de mond te nemen. In 1890 werd er weer gestaakt in Appelscha. Deze keer legden de vrouwen het werk neer; zij eisten een hoger loon voor het droogmaken van de turf. De mannen, de gravers dus, werkten door. Al gauw kregen ze opdracht van de bazen om ook te stoppen. Ze mochten niet eerder weer beginnen dan nadat de vrouwen het werk hadden hervat. Het werd een langdurige staking, maar door honger, en het dreigement van de veenbazen om dat jaar dan maar helemaal geen turf te graven, werd de staking gebroken.


Een korte introductie van het fenomeen anarchisme is vrijwel onmogelijk. We volgen hier het lemma op Wikipedia. Anarchisme (van Oudgrieks ἄναρχος, ánarkhos: ἀ- = "geen", ἀρχός = "heerser") is het streven naar een situatie of samenleving waarin mensen zonder een hogere macht of autoriteit leven (anarchie). Het is de verzameling denkwijzen die terug te brengen is tot de gedachte dat een individu op geen enkele manier een ondergeschiktheid áán of ván iets of iemand erkent. Hier geldt in extremo het adagium: het persoonlijke is politiek. Dat maakt het anarchisme bijna ongrijpbaar en tegelijk ook machteloos. Domela Nieuwenhuis streed vooral tegen:


Kerk, Koning, Kapitaal, Kazerne en Kroeg


Je zou het extreem individualisme kunnen noemen met als consequentie asociaal gedrag, anti-autoritaire instelling en ingebouwde chaos. Uiteraard was en is dat niet de bedoeling. Het ideaal is immers dat individuen op een harmonische wijze, moreel hoogstaand, tot sociale verbanden komen die zichzelf ordenend rechtvaardige voorzieningen voor iedereen weten te realiseren. Idealistisch, naïef en een bron van wanorde en versplintering, zoals de praktijk heeft getoond. Maar het ideaal, hoe je dat ook moet invullen, leeft nog steeds. Het nu op veel gebieden vastlopende systeem van de bestaande wereldorde is een voedingsbodem voor een nieuw elan en nieuwe anarchistische “oplossingen”. Maar ja, individuen hebben verschillende belangen, groepen hebben verschillende belangen, zonder mechanisme om orde af te dwingen kom je niet ver. En niet iedereen speelt altijd eerlijk. De natuur zit vol profiteurs en bedrog. Een relatief kleine groep kwaadwillenden, andersdenkenden, kan zich meester maken van massa’s goedwillenden. De evolutie is gebaseerd voortplantingssucces en is de facto amoreel. En dan de tijdgeest. Je voor één expliciet ideaal inzetten is tegenwoordig niet meer genoeg. Seksisme, racisme, kapitalisme, nationalisme, genderisme, populisme, feminisme, dictatuur, armoede, klimaat, milieu, biodiversiteit, migratie, oorlog, slavernij, white privilege, het hangt allemaal samen en het moet in samenhang worden benaderd. Ook het anarchisme is zo’n melting pot aan het worden. Het resultaat is natuurlijk: meer woorden en minder daden.


Moeizame definities

Als politieke stroming is de moderne anarchistische beweging rond 1860 ontstaan als een afsplitsing van het socialisme. Het belangrijkste verschil tussen beide stromingen is dat het anarchisme ook na de revolutie iedere vorm van centraal gezag afwijst. Volgens anarchisten leidt elke vorm van gezag tot onderdrukking en is het beter om een bestuur in de vorm van kleine autonome (zelfbesturende) gemeenschappen te hebben. Deze functioneren op basis van vrije associatie en gelijkheid van de deelnemers. In uiteenlopende anarchistische voorstellingen dient de samenleving bevrijd te worden uit de houdgreep van de staat. Daarbij wordt vaak geweld acceptabel geacht.

Het anarchisme kreeg allengs een slechte naam toen rond 1900 in verschillende landen politieke leiders werden vermoord met het doel een revolutie te ontketenen. Communisten en fascisten moesten niets hebben van de anarchisten. Groot was onder meer het drama in Oekraïne (Wikipedia):


Het anarchisme werd een massabeweging in het oosten van Oekraïne na de val van het Russische Keizerrijk. In de Februarirevolutie werd tsaar Nicolaas II afgezet en vervangen door een Voorlopige Regering van liberalen en gematigde socialisten. Nadat de bolsjewistische communisten de macht hadden gegrepen via de Oktoberrevolutie van 1917 werd er vrede gesloten tussen de bolsjewieken en de centrale mogendheden. Hierbij kregen de Duitsers en Oostenrijkers het recht om Oekraïne over te nemen. De centrale mogendheden stoten op verzet door de anarchisten die waren georganiseerd rond Nestor Machno. Deze groepering stond bekend als het Revolutionair Opstandsleger van Oekraïne. Zij vochten tegen de bolsjewistische communisten, Russische monarchisten, Oekraïense nationalisten en de Duitsers en hun vazallen. Hierdoor ontstond tussen 1918 en 1921 de Vrije Zone van Oekraïne, waar veel gemeenschappen zich organiseerden volgens het collectief-anarchisme, terwijl er nieuwe communes werden opgezet volgens de principes van het anarchocommunisme. De anarchistische gemeenschappen werden vernietigd door de bolsjewieken.


Bij het anarchisme van Domela ging het niet zozeer om bommen gooiende individuen, maar om het streven het eigendom van de productiegoederen over te hevelen naar de arbeiders. Ook was men zeer gekant tegen allerlei gezagsinstituties zoals het leger en de kerk. Verder streefde men naar federalistische in plaats van centralistische organisatievormen.


De Tweede Wereldoorlog betekende de doodsteek voor het anarchisme in Nederland. Na de bezetting in 1940 verboden de Nazi's alle anarchistische organisaties en vele anarchisten moesten onderduiken of sloten zich aan bij het verzet.


Provo en Punk

In de jaren zestig herleefden anarchistische ideeën, denk aan de Provo-beweging en de Kraak- en Punkbeweging. Anti-militaristisch. Anti-autoritair (opvoeding), Gebroken Geweertje. Zeker. Maar nu even niet. Althans volgens oud top-Provo Roel van Duijn. Oekraïne moest volgens hem gered worden, ook om zelf vrij te blijven. Dienstplicht!


Sinds 1990 bestaat in Nederland de Vrije Bond. Bij de oprichting was de Vrije Bond een syndicalistische vakbond met anarchistische inslag. De organisatie heeft zich echter meer en meer tot een algemene landelijke anarchistische organisatie ontwikkeld.

In Nederland zijn in meerdere steden anarchistische groepen en organisaties actief zoals GroenFront!, dat zich richt op milieubescherming (gebaseerd op het model van Earth First!) en ook Anti-Fascistische Aktie, dat tot doel heeft extreemrechtse tendensen in de samenleving te bestrijden.


AA, Appelscha en het Anarchisme

In deze nog nauwelijks herkenbare boerderij uit 1881 werd het vroegere “café Wed. R. Zwart” gerund. Hier sprak rond 1890 Ferdinand Domela Nieuwenhuis de uitgebate veenarbeiders moed in tijdens hun stakingen.  In 1921 werd het pand aanmerkelijk verbouwd tot café-restaurant door de toenmalige nazaat en uitbater, Jan Zwart. Het etablissement heette toen Café Zwart. Veel later werd de naam Eetcafé Hulst. Het ligt bij een brug over de Opsterlandse Compagnonsvaart op de hoek van de Bruggelaan in Appelscha.



Tijdens deze staking sprak Domela tweemaal op één dag in Café Zwart in Appelscha; ’s middags voor tweehonderd vrouwen en 's avonds voor vijfhonderd mannen. Altijd benadrukte hij dat staken een sterk machtsmiddel was. Café Zwart bestaat nog steeds, nu onder de naam Café-Restaurant Hulst ,adres Vaart Zuidzijde 9, Appelscha. Mijn grootvader was een geregelde bezoeker. Ik ben er ook wel eens geweest.


Appelscha en omgeving waren lange tijd een bolwerk van het vrije socialisme. Nog ieder jaar rond Pinksteren komen anarchisten uit het hele land op een camping even buiten Appelscha bij elkaar. In zijn bespreking van het boek “Dwarsliggers in Appelscha” van Marianne Kootstra ( ) merkt Harry Peer daar het volgende over op:


Inmiddels ben ik een trouw bezoeker geworden van de anarchistische camping, voluit het Vrij-socialistische, antimilitaristische, drugs- en alcoholvrije terrein tot Vrijheidsbezinning. De regelmatige bezoeker van de camping die met het openbaar vervoer komt, kan de route wel dromen: drie kwartier met de bus vanaf station Assen, uitstappen bij café Hulst aan de vaart, een historische plek; voorheen heette het café Zwart en was het de locatie waar Domela honderden mensen toesprak. Vandaar is het nog een half uur lopen naar de camping.

In één van de verhalen gaat Marianne Kootstra in op de geschiedenis van de Vrije Socialisten. Dit is het jaar van de eeuwviering. In juni 1923 organiseerden zij de eerste Revolutionaire Antimilitaristische Landdag in de Duinen van Appelscha. Nadat de boswachter van Staatsbosbeheer in 1933 weigerde het terrein nog langer te verhuren, kocht de beweging een eigen plek aan de rand van Appelscha (aan de Aekingaweg 1A). Dit kampeerterrein is befaamd geworden door de jaarlijkse Pinksterlanddagen, bezocht door honderden mensen, ook uit omringende landen.


Ook de Aekingaweg is mij bekend. Langs die weg lag het internaat Aekinga. Van 1947 tot 2002 een plek waar jongens die extra aandacht nodig hadden een vak konden leren. Het was de enige plek in de wijde omgeving van Appelscha waar je als goede katholiek op zondag de H.Mis kon bijwonen. Een op een motor door Friesland rondrijdende priester kwam daar met zijn koffertje langs om dit mogelijk te maken. Mijn vader was overtuigd gelovig. Om de plek op zondagochtend te bereiken moesten we vanaf het huis van mijn grootouders op de Drentseweg ongeveer een uur lopen. Het internaat lag in de buurt van het anarchistenkampeerterrein. Als men daar op de Landdag water of elektriciteit te kort kwam, sprong het internaat bij. Mijn toch ook wel wat anarchistisch ingestelde Friese grootvader had het niet zo op de roomsen. Dat zijn dochter was gezwicht voor een katholieke politieman uit Hilversum, ja zelfs katholiek geworden, beviel hem in het geheel niet. Het duurde een tijdje voordat de stemming omsloeg en mijn vader werd geaccepteerd. De doorslag gaven de kleinkinderen. Maar dat mijn vader graag viste bleek toch ook goud waard, opa zelf deed niets liever. En tot slot: opa kreeg op een zeker moment ook contact met de rondcrossende priester van Aekinga. En opmerkelijk genoeg klikte het tussen beide rauwdouwers. Opa had iets herkend van de held die er alleen voor stond en zijn plicht deed. Zo zat hij zelf ook in elkaar. Als veeverloskundige bij weer en ontij op zijn Harley (uit de oorlog) bij de arme boertjes langs om te voorkomen dat een koe het kalveren niet zou overleven. Betalen kwam vaak later wel en niet zelden ook nooit.


Anarchisme in Appelscha


Het veenarbeidersdorp Appelscha neemt in de sociale geschiedenis van Nederland een speciale plaats in. In de boeken komt het dorp een aantal malen voor. De gemeente Ooststellingwerf kan trots zijn op een verleden, waarin de eerste vakorganisatie van veenarbeiders in Nederland, de eerste organisatie van veenarbeidsters, de eerste cao voor veenarbeiders en een gelijke beloning voor mannen en vrouwen voor hetzelfde werk binnen haar grenzen werden gerealiseerd. (Aldus Johan Frieswijk, in een lezing op 8 november 1991).









Aan de rand van het Nationaal Park Drents-Friese Wold in Appelscha ligt een schuin afgesneden stuk land verscholen. Het is slechts bereikbaar via een zandpad. Op deze halve hectare bevindt zich het anarchistisch kampeerterrein ‘Tot Vrijheidsbezinning’. In 1933 werd het vruchtbare stuk aardappelland op slinkse wijze aangekocht om te dienen als thuisbasis voor de anarchistische manifestatie die in het Noorden jaarlijks met Pinksteren plaatsvond. Sinds 1933 vinden er met uitzondering van de oorlogsjaren (1940-1944) elk jaar de zogeheten Pinksterlanddagen (PL) plaats. De combinatie van een meerdaags festival met politieke bijeenkomsten en culturele manifestaties, waarbij honderden deelnemers hun tenten opslaan, is uniek.


Uniek is dat diverse generaties anarchisten zich voor de organisatie van de dagen hebben sterk gemaakt. De eerste decennia, de jaren twintig en dertig, zijn dat de anarchistische jongeren geweest, afkomstig uit de drie noordelijke provincies. Na de Tweede Wereldoorlog krijgen zij steun van hun landelijke kameraden van de Federatie van Vrije Socialisten (FVS). Vanaf de jaren zestig raken stilaan de jongeren die door de dreiging van de atoomoorlog politiek bewust zijn geworden, betrokken bij de organisatie van de Pinksterlanddagen. Provo zorgde vervolgens voor een enorme opleving van de belangstelling voor het anarchisme en de toestroom van jongeren naar Appelscha. Vanaf 1970 zijn opnieuw noordelijke jongeren verantwoordelijk voor het jaarlijkse programma. De Beweging ontstaan in de jaren ’80 is verantwoordelijk voor een volgende opleving van de Pinksterlanddagen. Sindsdien bevolken antimilitaristen waaronder het fenomeen totaalweigeraars, krakers en feministen het terrein met Pinksteren. Wat doen al deze bevlogenen daar?


De PinksterLanddagen 2024 (eeuwfeest)


We sluiten af met een leerzaam programma-overzicht van de PL 2024 (Pinksterlanddagen). Zeer gevarieerd maar ook met een duidelijk profiel. Het ademt betrokkenheid uit met de lasten en ongerechtigheden van het bestaan. En geloof in verbetering. Maar hoe kom je als rechtgeaard anarchist tot keuzes zonder tot anarchie te vervallen?


  • Boekpresentatie van de graphic novel ‘Uitweg’ met discussie over het Abortusnetwerk Amsterdam.
    • Extra’s: abortusquiz en boekenstandaard!
  • Urgentie van anti-militarisme
  • De Palestijnse BDS-beweging (Boycott, Divestment, Sanctions): een kritische waardering
  • Directe Actietraining door Palestine Action Amsterdam
  • Het streven naar zelf-bepaling door transpersonen in een tijd van toenemende vijandigheid
  • Steun voor gevangen genomen anarchisten in Wit_Rusland: uitdagingen en risico’s van solidariteitsinspanningen
  • Medeleven met anarchisten
    • Activisme en protesteren gaan hand in hand. Zonder kritiek geen activisme. En activisten zijn goed in het uiten van kritiek op dingen die fout zijn om zo een betere en vrijere wereld voor iedereen te scheppen. Er bestaat echter ook een giftige vorm van kritiek die kan leiden tot vermoeidheid, burn-out, negativisme en destructie.
  • Hoe te handelen als je wordt gearresteerd?
  • Wildplukken
    • Waarom naar een winkel om thee te kopen als je onderweg allerlei planten tegenkomt die je in heet water kunt doen? In deze workshop gaan we in het bos eetbare planten zoeken.
  • Gesprek met de Israelische dienstweigeraar Yoval Dag.
  • Herdenking van Dimitry ‘Leshy’ Petrov, Jr. en andere kameraden uit het libertair-linkse gewapende verzet in Ukraine.
  • Mapping connections of the military and border industrial complex and beyond.
  • Sudan, een staat tussen dictatorschap, revolutie en oorlog. Informatie ter ondersteuning van Sudanese anarchisten.
  • Kaarten en verhalen voor een anti-racisme gereedschapskist
    • Speciale aandacht voor Indonesië en de voormalige Nederlandse kolonieën. In het tweede deel worden de deelnemers in gesprekssessies ondersteund om tot zelfreflectie en tot reflectie op hun acties te komen. Een en ander met behulp van een dekolonisatie-tarot die gericht is op “healing” en bevrijding.
  • ‘Don’t mourn, organize!’
    • Discussie over de waarde van het organiseren van anarchisten door betrokkenen bij de Anarchist Group Amsterdam, Vrije Bond, Anarchist Bookfair & Paper Jam, Perspektive Selbstverwaltung en de Camping ter Vrijheidsbezinning.
  • Opleiding in een anarchistische beweging op de Radical Sunday School.
  • Anti-oorlog weerstand in Rusland en ondersteuning van gevangenen.
  • Hoe mannen te betrekken bij feministische veranderingen in een activistische setting?
  • Gezamenlijke reflectie op de kampementen van Palestijnse studenten in mei 2024.
  • Boomklimmen
    • Op zaterdag staan er boomklim-workshops gepland. Professionele klimmers van C4C (climbers for climate) geven instructies voor het leggen van knopen en het veilig in en uit bomen klimmen. Er is speciale aandacht voor FLINTA people (Female, Lesbian, Intersex, Non-binary, Trans or Agender).



    Gerard van de Schootbrugge, 4 december 2024