Gerard van de Schootbrugge & Espunt
Kort verhaal, 2 juni 2013
Een vierkante meter vrijheid
Ik wil u vertellen over mijn probleem dat misschien geen probleem meer is. Daar ben ik nog niet helemaal uit. Het probleem is een gevolg van een toevallige ontdekking. Het is welbeschouwd ook een vreemd probleem omdat de ontdekking mijn vermogen om problemen op te lossen duidelijk heeft vergroot.
Ik heb al weer geruime tijd geleden opgemerkt dat mijn probleemoplossend vermogen sterk toeneemt als ik mij op het toilet terugtrek om mij te ontdoen van onverteerbare zaken. Zaken waar je eerder tevergeefs je tanden in hebt gezet. Ik heb daar in de intieme kring van het gezin nooit een geheim van gemaakt. Er werd hooguit wat gegniffeld als vader zich op maandag met de zaterdageditie van de NRC terugtrok.
Mijn echtgenote en mijn kinderen wisten dan dat ik het Scryptogram nog niet af had. Zij gunden mij deze onschuldige afwijking, die aanvankelijk nog niet het karakter van een obsessie had, eerder van een onschuldige obstipatie. Er werd oprecht meegeleefd en er werd zelfs bewonderend gejoeld als ik liet horen dat ik er weer één gevonden had. Omdat de sessies soms nogal uitliepen en ik niet het verwijt wilde krijgen dat ik mij op achterbakse wijze aan mijn opvoedende en huwelijkse plichten onttrok, schakelde ik de gezinsleden zo nu en dan in bij het zoek- en oploswerk. Dan opende ik de deur op een kier en riep bijvoorbeeld: prikkeldraad, vijf letters, eindigt op een w.
Meestal was de reactie: gatverdamme pap, hou die deur dicht. Ik was dan even vergeten dat ik, als ware het een vorm van parallelle processing bedreef, aan een simultaan opdracht werkte. Toen mijn zoon het puberstadium bereikte, met de daarbij behorende, vaak briljante en bizarre humor, vormde mijn gedrag voor hem een onuitputtelijke bron van inspiratie. Als hij mij met de zaterdagbijlage onder de arm zag vertrekken grinnikte hij: pa gaat zijn ontlastingsformulier invullen. Lachuh. Vooral als er vrienden op bezoek waren. Ik gunde hem die lol. Drukwerk oud papier, ook zo eentje.
Ik heb me suf gepiekerd hoe dit fenomeen te duiden. Vaak op het toilet, dat spreekt. In de loop van de tijd kwamener diverse verklaringen boven drijven.De beperkte ruimte van de wc, in ieder geval van onze wc, zou een bepaalde mate van sensorische deprivatie kunnen opwekken die het brein vrijmaakt voor het ongebonden denkwerk. De vrije associatie, het laterale denken zoals dat door Edward de Bono is geïntroduceerd. In the box, out of the box. Zoiets.
Ik geloof zeker dat het helpt als je tegen een kale, wit gestuukte muur aan zit te kijken waarin geen enkele zinvolle structuur valt te ontdekken. Laat ik het anders zeggen, op een toilet met meer afleiding, bijvoorbeeld wanneer het deel uitmaakt van een grotere natte cel of wanneer er een stapeltje bejaarde uitgaven van Opzij ligt, is voor mij de magie van een geestverruimende locatie afwezig. Het is me dan ook nooit gelukt om op het toilet van een hotelkamer een Scryptogram tot een goed einde te brengen. Uiteindelijk heb ik me daar bij neergelegd en op mijn reizen nooit meer een Scryptogram meegenomen.
Maar dat is zeker niet het hele verhaal. Zomaar in een klein en afgesloten hokje een puzzel oplossen was er niet bij. En al helemaal niet als ik volledig gekleed op de wc-deksel plaatsnam. Daar trapte het systeem niet in! Het was alsof de drang om het Scryptogram te voltooien, een spirituele drang, in evenwicht moest zijn met de meer fysieke drang die voelbaar wordt door de peristaltiek van een welgevulde darm.
Of misschien heeft het eerder nog te maken met een wederzijdse positieve terugkoppeling waarbij de ene drang de andere oproept en andersom. Ik ben ervan overtuigd dat dit mechanisme reëel is. Ik was een bepaalde periode genoodzaakt om met morfine een bijna ondraaglijke pijn te bestrijden. Het gevolg was dat mijn darmen op een heel laag pitje gingen functioneren. De passage stokte en daarmee mijn vermogen om een Scryptogram op te lossen. Nota bene nog zo’n beetje de enige bezigheid die mij in die vervelende periode overeind hield. Voor mij was het oplossen van het Scryptogram toen de ultieme test om vast te stellen of ik nog bij de mensen hoorde. De verstopping weerspiegelde zich in de stapel oningevulde zaterdagbijlagen op het nachtkastje. Uiteindelijk werd de paniek zo groot dat in een dramatisch spasme de blokkade werd opgeruimd.
Gelukkig kon ik snel daarna van de morfine af en kreeg ik alsnog de gelegenheid om de achterstallige scryptogrammenvoorraad weg te werken. Ik bracht heel veel productieve tijd op het toilet door omdat mijn darmen de periode van ledigheid, naar het leek, zo snel mogelijk wilden vergeten.
Ze waren actief als nooit te voren, loze drang, maar dat gaf niet want de oplossingen kwamen van alle kanten aangevlogen. Ik heb me zelden zo gelukkig gevoeld. In die vreemde periode, die niet al te lang heeft geduurd, anders had mijn vrouw mij toen al verlaten, at ik niet alleen op het toilet, maar ik sliep er vaak ook. En als ik al niet zelf sliep dan toch wel mijn beide benen als ik weer eens veel te lang op de niet al te comfortabele bril had gezeten.
In deze periode, mijn psychiater sprak later heel expliciet over mijn inhaalperiode (een slordig verwerkte anale fase, Freud), moet het zijn gebeurd. Het terugtrekken op het toilet werd van een eigenaardige maar ongevaarlijke gewoonte een obsessie. Mijn gedrag kreeg iets dwangmatigs. Volgens de psychiater was ik van de drang- in de dwangfase terechtgekomen. Te lang doorgelopen en dan gaat het geld kosten, voegde hij er fijntjes aan toe.
Het systeem van prikkels en beloningen was volgens hem geflipt en had een nieuwe stabiele toestand bereikt op een niveau dat zich nauwelijks, of zeg maar gerust niet, liet verenigen met een normaal sociaal leven. Was het eerder nog zo dat ik het toilet opzocht om een Scryptogram op te lossen, nu was het eerder andersom. Ik ging op zoek naar een Scryptogram om maar een excuus te hebben voor een bezoek aan het toilet. En omdat de voorraad scryptogrammen al snel onvoldoende was om al dat toiletbezoek te rechtvaardigen, begon ik nieuwe breinbrekers te verzamelen.
Zo kreeg ik van de buurman de Volkskrant waar op zaterdag ook een pittig cryptogram in stond. Hij had er zelf geen aardigheid in en hij verbaasde zich erover dat ik het klusje vaak binnen een uur had gepiept. Totdat zijn vrouw begon te jennen, zo van: waarom kan de buurman het wel? Dat maakte hem zo onzeker dat hij op een bepaald moment vroeg hoe ik dat toch klaarspeelde. Tja, ik ben toen misschien iets te openhartig geweest, want sindsdien zit de buurman ook veel op het toilet en koop ik zelf de Volkskrant, en de Trouw en het AD zaterdags bij de Albert Hein bij ons op de hoek. We trokken veel samen op ook al zagen we elkaar minder dan ooit. En we klopten aan bij dezelfde psychiater.
We hadden meestal therapie op dinsdagmiddag. Ik zocht daar aanvankelijk niets achter totdat ik een keer de naam van onze psychiater in de zaterdagkrant bij de winnaars zag staan. Toen ging me een lichtje op. De oplossing moest namelijk voor woensdag worden ingeleverd en de psychiater beweerde altijd dat het therapeutisch bevrijdend werkte als we een nieuwe sessie begonnen met de oplossing van het lopende Scryptogram. Ik vond dat niet eerlijk. Niet op het toilet en toch winnen.
Mijn buurman en ik hebben de aanloopbehandeling van drie jaar nog wel afgemaakt maar zijn toen zonder psychiater verder gegaan. Wij hebben via via vernomen dat de psychiater nu nog maar een paar oude patiënten behandelt en de rest van de tijd op het toilet doorbrengt. Dat is volgens mijn buurman een duidelijke aanwijzing dat ons gedrag niet langer als afwijkend beschouwd wordt. En daar zou hij wel eens gelijk in kunnen hebben want er is onlangs een voorstel in de gemeenteraad aangenomen om de linkervleugel van het gemeenschapscentrum, waar tot nu toe vooral cursussen vingerpopjes en rotanbuigen werden gegeven, om te bouwen tot een toiletblok voor probleemoplossers. Te veel mannen worden nog altijd door hun vrouwen met hun krant het parkje ingestuurd. Maar dat werkt niet, dat heb ik hiervoor duidelijk aangegeven. Die mannen lopen daar niet alleen met hun krant maar ook met hun ziel onder hun arm. Dat geeft veel spanningen en het is goed dat daar nu iets aan wordt gedaan. Ik kom net van het toilet en begin het te begrijpen.
Sommige problemen verdwijnen vanzelf als je ze maar groot genoeg laat worden. Hoe vind je die?
Espunt, 2 juni 2013